Spring naar inhoud

De wasbeerhond heeft zich de afgelopen jaren bijna ongemerkt gevestigd in Overijssel. De provincie schat dat er nu vijftig in onze provincie verblijven. In Natuurgebied De Wieden wordt, als enige plek in ons land, onderzoek gedaan naar deze invasieve exoot uit Azië. Hij weet of we er ook weer van af kunnen komen, van die wasbeerhond. "Ze zijn heel schuw. Veel schuwer dan bijvoorbeeld een vos. Ze zijn nauwelijks waar te nemen, ook omdat ze vooral 's nachts actief zijn. Meestal weten we pas dat ze zich ergens gevestigd hebben, als ze worden doodgereden door auto's", legt roofdieronderzoeker Jaap Mulder uit.

Onderzoek

De roofdierexpert begon drie jaar geleden in opdracht van de Provincie Overijssel met het in kaart brengen van de leefwijze van wasbeerhonden in Nederland. Er was nauwelijks iets bekend over het dier dat in de vorige eeuw via Rusland naar Oost-Europa kwam. Welke effect heeft de wasbeerhond op de Nederlandse natuur? Zijn ze een bedreiging voor weidevogels? Hoe kan je ze bestrijden? Het onderzoek is rond het najaar afgerond.

Waar komt de wasbeerhond vandaan?

Een wasbeerhond lijkt door zijn kraag op een wasbeer, maar hij is een hondachtige. Het beestje is ongeveer zo groot als een vos. Wasbeerhonden komen niet oorspronkelijk in onze natuur voor. Hij is inheems in het Verre Oosten van Azië (China, Rusland, Korea en Japan). Na de Tweede wereldoorlog werd het dier vanwege zijn dikke, ruige pels in Rusland gefokt en uitgezet. Vanuit Rusland verspreidde de wasbeerhond zich de laatste decennia, via Duitsland en Scandinavië over de rest van Europa.

De wasbeerhond heeft zich volgens de zoogdierenvereniging definitief gevestigd in Noord Nederland. In de komende twintig jaar komt hij voor in heel Nederland, is de verwachting. "We begonnen met het volgen van een paartje", vertelt Mulder. "Ze kregen een zender om. Een jaar later zijn we een nest van tien jongen gaan volgen. Zo kregen we inzicht in hoe ze zich verspreiden en waar ze zich graag vestigen."

Wasbeerhonden blijken van beschutte gebieden te houden. In de wei of op de heide zal je niet snel vinden. "Ze houden van natte gebieden, zoals moerassen met veel riet waar veel eten voor ze te vinden is. Hier tref je twee wasbeerhonden per vierkante kilometer aan."

Dieet

Wasbeerhonden zijn echte scharrelaars. Ze eten eigenlijk alles wat ze tegenkomen. "Ze houden van amfibieën zoals kikkers en padden. Soms een muisje. Maar ze eten ook wel bessen als ze die kunnen pakken. Ze kunnen namelijk niet in bomen klimmen."

Weidevogels

In het broedseizoen zouden de wasbeerhonden ook een bedreiging kunnen zijn voor weidevogels. Want net als vossen eten wasbeerhonden ook eieren. "Op dit moment gebeurt dat nog nauwelijks", weet de kenner. "Wasbeerhonden houden nu eenmaal niet van open landschappen. Maar mocht het te druk worden in de beschutte voedselrijke natuurgebieden, dan zal je ze wel vaker in het agrarische landschap tegen kunnen komen. Hier moet in de toekomst meer onderzoek naar gedaan worden."

Afschieten

"Een exoot moet dood", is volgens Mulder het credo van veel beleidsambtenaren. Wasbeerhonden dienen volgens Europese regels uitgeroeid te worden. Afschieten is daarbij geoorloofd. En dat gebeurt ook. Ook in Overijssel worden jaarlijks gemiddeld tien wasbeerhonden door jagers om het leven gebracht. "Alleen heeft het niet veel zin", legt Mulder uit. "Ze lopen vanuit Duitsland (waar inmiddels 50.000 wasbeerhonden leven, red.) zo weer ons land binnen. We zullen met ze moeten leven. Alleen als ze bij weidevogels gesignaleerd worden, kun je ze beter verjagen", aldus Mulder.

De wasbeerhond komt oorspronkelijk in Oost-Azië voor, maar heeft zich nu ook in Noord-Nederland en de Flevopolder gevestigd en zal naar verwachting over tien tot twintig jaar in heel ons land terug te vinden zijn.

Zoals de naam al doet vermoeden, heeft hij uiterlijk wel wat weg van de wasbeer. Ook zijn er wel wat overeenkomsten met een das. Maar de wasbeerhond (Nyctereutes procyonoides) is toch echt een soort apart. Hij vindt zijn oorsprong in Oost-Azië, maar belandde in de vorige eeuw in Rusland, waar fokkers het op zijn fraaie pels hadden voorzien. Sommige wasbeerhonden wisten zich vanuit die fokkerijen een weg naar vrijheid te banen en kwamen zo in het wild terecht, om uiteindelijk ook in Nederland te belanden.

Thuis
Hoewel de wasbeerhond niet in Nederland thuishoort, voelt hij zich hier wel thuis: zowel in Noord-Nederland als in de Flevopolder is inmiddels een flinke populatie wasbeerhonden te vinden. En daar blijft het niet bij, voorspelt bioloog Maurice La Haye, verbonden aan de Zoogdiervereniging. “De soort is nu in grotere aantallen aanwezig, in een behoorlijk deel van Nederland, er is voortplanting en er zijn geen redenen om aan te nemen dat de aantallen of de populatie snel kleiner zullen worden. De soort lijkt nu definitief een onderdeel uit te maken van de Nederlandse fauna. En ik verwacht dat de soort over tien tot twintig jaar in heel Nederland voorkomt.”

Tientallen
Hoeveel wasbeerhonden er inmiddels precies in Nederland voorkomen, is onduidelijk. Maar het is in de orde van tientallen, meent La Haye. En daar komen dit voorjaar mogelijk weer heel wat exemplaren bij; een nestje van wasbeerhonden kan soms wel tien of elf pups tellen.

Succesvol
Dat de wasbeerhond zich hier enthousiast verspreidt en voortplant, is niet zo heel gek. “De soort komt oorspronkelijk uit een vergelijkbare klimaatzone,” vertelt La Haye. “De wasbeerhond is een alleseter, krijgt grote worpen en is zeer mobiel.” Zo kunnen de wasbeerhonden – op zoek naar een geschikt leefgebied – tientallen kilometers afleggen. Ook zwemmend als dat moet. “Daarmee heeft de wasbeerhond eigenlijk alle kenmerken van een succesvolle soort: hij is opportunistisch, flexibel qua voedsel en mobiel.”

Effect
Goed nieuws voor de wasbeerhond. Maar het blijft wel een soort die hier eigenlijk niet thuishoort; een exoot, dus. En van exoten weten we dat ze niet altijd een positief effect hebben op hun nieuwe leefomgeving. Ze kunnen ecosystemen ingrijpend veranderen of zelfs ontwrichten. Gelukkig lijkt dat in het geval van de wasbeerhond mee te vallen. “De soort eet dezelfde prooien als andere soorten (zoals de vos) en vormt dus dezelfde bedreiging. Het is niet zo dat deze soort iets totaal nieuws doet. Daarmee lijkt ingrijpen alleen nodig in lokale situaties waarin andere inheemse roofdieren (zoals bijvoorbeeld de vos, red.) ook een probleem vormen.”

Beheermaatregelen
Hoewel de wasbeerhond zich dus niet tot een gevreesde exoot lijkt te ontpoppen, schrijft de Europese Unie wel voor dat er beheermaatregelen moeten worden genomen. Die kunnen volgens La Haye gericht zijn op de uitroeiing van de soort of het beheersen van schadelijke effecten op lokaal niveau. “Het uitroeien van de soort of de populaties zo klein mogelijk houden, is praktisch onmogelijk en zou ongelooflijk veel geld gaan kosten,” vertelt La Haye. Dat heeft vooral te maken met het feit dat wasbeerhonden vooral ’s nachts actief zijn, behoorlijk schuw zijn en zich vrij snel voortplanten. “Mijn advies is dan ook: ga niet ‘overall‘ bestrijden, maar richt je echt op lokale probleemsituaties.”

De wasbeerhond is hier en gaat dus ook niet meer weg, zo is de verwachting. “De wasbeerhond zal zich ook gaan vestigen in het zuiden en westen van Nederland, in de Biesbosch bijvoorbeeld en wellicht zelfs in de duinen,” denkt La Haye. Over een paar decennia zal de soort naar verwachting redelijk algemeen voorkomen, in ieder geval in natte natuurgebieden, zoals moerassen, beek- en rivierdalen. “Het is afwachten of de wasbeerhond zich ook echt zal vestigen op bijvoorbeeld de Veluwe of de Utrechtse Heuvelrug en of deze ook echt het landelijk gebied zal ‘veroveren’. Maar de soort gaat in ieder geval voor verrassingen zorgen,” voorspelt La Haye.