Steeds vaker worden op campings uitheemse plantensoorten aangetroffen die via kampeeractiviteiten naar ons land zijn meegelift, zoals de naaldzaadbloem. Dit is een invasieve soort die schadelijk is voor biodiversiteit en de menselijke gezondheid. Ook dieren, zoals de Aziatische tijgermug, vinden vanuit populaire vakantiebestemmingen hun weg naar Nederland via kampeermateriaal.
Belangrijke meeliftroutes zijn bijvoorbeeld in of aan auto’s, caravans, tenten en kleding, maar ook via meegenomen brandhout. Er zijn 148 uitheemse soorten zijn die kunnen meeliften met kampeeractiviteiten en die zich in Nederland kunnen vestigen. Het gaat voornamelijk om vaatplanten (95 soorten) en insecten (42 soorten), maar ook kreeftachtigen, paddenstoelen, pathogenen en weekdieren kunnen met kampeerders meeliften. Van de 148 geïdentificeerde potentiële meeliftersoorten wordt van 36 soorten aangenomen dat deze negatieve effecten hebben bij vestiging in Nederland. Deze 36 soorten zijn in potentie schadelijk voor andere planten- en diersoorten en/of de mens. De belangrijkste ecologische effecten zijn verdringing van inheemse planten (20 uitheemse plantensoorten), vraatschade aan bomen (4 uitheemse insectensoorten) en predatie/sterfte van diersoorten (1 insect, 1 kreeft en 1 ziekteverwekker). Schade aan planten, bomen en dieren vertaalt zich in 6 gevallen ook naar schade in land- en bosbouw en voedselproductie. Ook zijn er twee muggensoorten, de Aziatische tijgermug (Aedes albopictus) en de gele koortsmug (Aedes aegypti), die onder andere de ziektes knokkelkoorts en gele koorts verspreiden in hun oorspronkelijke leefgebied en die mee kunnen liften met kampeerders. Andere gezondheidseffecten beperken zich tot het veroorzaken van ontstekingen (naaldzaadbloem - Soliva sessilis), een allergische reactie (dennenprocessierups - Thaumetopoea pityocampa), en brandwonden (Perzische berenklauw - Heracleum persicum en Sosnowsky’s berenklauw - Heracleum sosnowskyi).
Uit Duitsland, Engeland, Frankrijk, Marokko, Spanje en Zweden kunnen de meeste soorten meeliften. Landen met zowel veel Nederlandse kampeerders als met veel soorten die mee kunnen liften zijn Duitsland, Frankrijk en Spanje en in mindere mate België en Italië. Dit zijn daardoor de grootste risicolanden.
De volgende concrete, eenvoudige maatregelen kunnen helpen om (schadelijke) meelifters te voorkomen; ze kunnen gemakkelijk worden toegepast door kampeerders:
- Veeg uw auto/camper/grondzeil/tent grondig uit voordat u deze inpakt en was bij voorkeur uw auto voor vertrek;
- Klop in de auto/caravan/tent aanwezige matjes, inclusief automatjes, goed uit voor vertrek;
- Controleer de binnenkant van uw voertuig(en) naar de aanwezigheid van insecten en verwijder deze na vaststelling;
- Laat (resten) brandhout achter;
- Neem geen planten (met of zonder kluit), zaden, vruchten en veldboeketten mee uit het buitenland;
- Veeg (of stamp) de door u gedragen schoenen uit voor u in de auto/camper stapt op weg naar huis;
- Was en stofzuig de auto/caravan na thuiskomst bij een wasstraat;
- Gooi vuil, zoals uit uitgeklopte automatjes of het aangeveegd vuil uit de caravan, nooit uit op straat bij thuiskomst;
- Treft u bij aankomst in Nederland toch nog meelifters aan? Gooi meegelift plantmateriaal bij het restafval en dood meegelifte insecten.
Het meelifterprobleem is niet alleen een verantwoordelijkheid van beleidsmakers of wetenschappers. Juist de kampeerders zelf kunnen een groot verschil maken.