Spring naar inhoud

Slakken

Moerasslak

Er komen meerdere soorten uitheemse slakken in ons land voor. Veel daarvan zijn slakken die door aquariumhouders in openbare wateren zijn gedeponeerd. Een van die soorten is de Chinese moerasslak, die meer en meer voorkomt in Nederland. Die slak is een risico voor de natuur en hem verwijderen is bijna onmogelijk. Sinds de eerste waarneming, in 2007, zijn Chinese moerasslakken in Nederland inmiddels op tientallen plekken aangetroffen. De vindplaatsen liggen verspreid over het land en zijn niet duidelijk met elkaar verbonden via water. De soort is dus meerdere keren in de natuur uitgezet. De opmars van de Chinese moerasslak blijft niet beperkt tot Nederland. Ook in andere Europese landen is de soort gevonden. De slak eet algen waardoor het water helder blijft. De vrouwtjes zijn levendbarend en produceren, dus ook zonder mannetjes, veel nakomelingen. De overtollige slakken worden vaak in de sloot gedeponeerd. Het uitzetten van de dieren is verboden omdat dit schade kan toebrengen aan de natuur. Doordat de Chinese moerasslak zich voedt met algen en bacteriën blijft er minder voedsel over voor inheemse soorten en hebben die een kleinere kans op overleving. Ook kan het eetgedrag de samenstelling van bacteriële gemeenschappen veranderen en de groei van algen en bacteriën beïnvloeden. Daarnaast kunnen Chinese moerasslakken effecten hebben op bouwwerken die door mensen in wateren zijn geplaatst, zoals waterinlaatpijpen. Via deze buizen gaat zoetwater naar installaties voor koeling of andere doeleinden. Door de grote en sterke slakkenhuizen van de Chinese moerasslak kunnen deze buizen verstopt raken. De Chinese moerasslak is niet de enige zoetwaterslak die een risico vormt. Er zijn in Nederland veertien andere soorten uitheemse zoetwaterslakken aangetroffen in de natuur. Van de helft is bekend dat ze in aquaria of vijvers worden gehouden. Drie daarvan vormen een hoog risico voor de biodiversiteit: Chinese schijfhoren (Gyraulus chinensis), Amerikaans schijfhoorntje (Gyraulus parvus) en Jenkins’ waterhoren (Potamopyrgus antipodarum). Drieëndertig andere slakkensoorten worden ook verhandeld, maar zijn (nog) niet waargenomen in Nederlandse wateren.

Geaderde stekelhoren

Vissers en duikers treffen in onze Noordzee steeds vaker een grote exotische roofslak aan. Dat voor de kust nu ook eieren aanwezig zijn, doet alarmbellen rinkelen. De grote (schadelijke) Geaderde stekelhoren is in opkomst! In 2005 werd in onze Noordzee nabij Scheveningen voor het eerst onverwacht een levende Geaderde stekelhoren (Rapana venosa) opgevist. In de daaropvolgende jaren volgden mondjesmaat nog een aantal exemplaren, evenals enkele strandvondsten. Op 9 januari 2020 viste een mosselkweker een springlevend exemplaar op in de Oosterschelde. Omdat tot nog toe vondsten van eieren en jonge dieren uitbleven, was er geen reden tot paniek. Oproepen en zelfs een 'Wanted' poster leverden weinig concreets op. Maar in 2024 was het zover: een duiker fotografeerde diverse onder water afgezette eieren voor de kust bij Egmond aan Zee. Het bleken de eerste in Nederland in het wild aangetroffen eikapsels van de Geaderde stekelhoren. De Geaderde stekelhoren is een geduchte rover die leeft van andere schelpdieren. Wereldwijd wordt het dier gezien als een van de meest gevaarlijke mariene invasieve exoten. De slak heeft zich inmiddels op veel plaatsen op aarde gevestigd en breidt zich nog uit. Vanwege het gevaar voor de inheemse fauna en met het oog op de economische gevolgen voor schelpdierkweek, is de Geaderde stekelhoren inmiddels kandidaat voor de zogenaamde Unielijst van Invasieve Exoten.