BRON: NIOZ / 16 SEPTEMBER 2025
Onderzoekers van het NIOZ hebben voor het eerst de Pacifische zeepok Balanus glandula in de Waddenzee aangetroffen. Tot nu toe was deze soort alleen bekend in Europese wateren in België en aan de zuidkust van de Westerschelde. Hij reist waarschijnlijk mee in de ballastwatertanks van grote schepen en als aangroei op scheepsrompen. Masterstudent Zoetwater- en Mariene Biologie Rosalinde van Ooijen van de Universiteit van Amsterdam deed haar masteronderzoek bij het NIOZ en zocht afgelopen voorjaar naar zeepokken en hun parasieten in de Nederlandse en Duitse Waddenzee. 'Onderzoeksassistent Loran Kleine Schaars raadde me aan om op de Pacifische zeepok Balanus glandula te letten . De aantallen nemen al decennia sterk toe in landen als Japan en Zuid-Afrika, en sinds 2015 weten we dat hij ook in België en Zeeland voorkomt.'
Charles Darwin
De soort werd voor het eerst beschreven door Charles Darwin en komt oorspronkelijk van de Pacifische kust van Noord-Amerika, maar heeft zich inmiddels verspreid naar de kusten van Argentinië, Japan en Zuid-Afrika. Hij reist waarschijnlijk mee in de ballastwatertanks van grote schepen en als aangroei op scheepsrompen. Oorspronkelijk leeft de zeepok in de middelste tot bovenste getijdenzone van rotsachtige kusten.
Wandplaten en een witte krijtbasis
Zeepokken lijken erg op elkaar. Van Ooijen: 'Ik heb ze meegenomen naar het lab voor identificatie onder een microscoop of stereomicroscoop. Je moet dan bijvoorbeeld tellen of ze vier of zes wandplaten hebben: de onderdelen die hun afgeronde kegelvorm vormen. In het midden zit een opening, afgesloten door platen die ook per soort verschillen. En als je ze van hun substraat haalt, laten sommige soorten een verkalkte witte bodemplaat achter. Na e-mailcontact met onderzoeker Francis Kerckhof, die deze zeepok in België ontdekte, konden we bevestigen dat het inderdaad de Pacifische zeepok was.' De studente vond Pacifische zeepokken rond Texel en langs de Friese kust bij Lauwersoog. Ze vond ze niet rond het Duitse eiland Sylt, wat suggereert dat de soort zich nog niet over de Waddenzee heeft verspreid.
Zes paar lange poten
Zeepokken zijn kreeftachtigen die zich vasthechten aan harde substraten zoals rotsen en schelpen. Onder water openen ze hun 'schelp' en bewegen ze zes paar lange poten naar buiten. Terwijl ze rondwervelen, wordt hun belangrijkste voedselbron, plankton, naar zich toe getrokken. Het is niet bekend of de zeepok uit de Stille Oceaan de soorten die al in de Waddenzee leven, kan verdringen. Van Ooijen: 'In Japan en Zuid-Afrika is de nieuwe soort zeer invasief en heeft hij andere soorten verdrongen. In de Waddenzee vond ik slechts kleine aantallen vergeleken met de andere soorten. We weten nog niet of en hoe er sprake is van concurrentie tussen de verschillende zeepokken. Dat zal duidelijk worden als we de aantallen blijven monitoren.'
De Waddenzee wordt warmer
Uit NIOZ - onderzoek van Sonja van Leeuwen blijkt dat de watertemperatuur in de Waddenzee sinds 2000 snel is gestegen. Deze temperatuur wordt al sinds 1860 regelmatig gemeten, en sinds 2001 zelfs elke 10 seconden. Het is nog niet bekend of de nu aangetroffen zeepok beter bestand is tegen warmer water dan inheemse soorten. Het begrip "inheemse soort" is echter relatief. De zeepoksoort die Van Ooijen op veel plaatsen het vaakst aantrof, is feitelijk een invasieve exoot uit Nieuw-Zeeland en Australië. De aantallen zijn de afgelopen decennia snel toegenomen. Dit heeft waarschijnlijk te maken met klimaatverandering. Van Ooijens begeleider, ecoloog David Thieltges: 'Onze collega's van het Alfred Wegener Instituut in Duitsland, dat een Waddenzeestation heeft op het eiland Sylt, hebben een sterke toename van deze exoot in hun lange-termijnreeksen waargenomen en konden een verband leggen met een lange reeks van milde winters en warme zomers.'
Is het een probleem als de ene zeepoksoort de andere verdringt? Van Ooijen: 'Dat is moeilijk te zeggen. Het is in ieder geval een verandering in een zee die werelderfgoed is.'