Spring naar inhoud

Onderzoek invasieve plaagmier op Waalsdorpervlakte

Bureau Risicobeoordeling & onderzoek (BuRO) heeft onderzoek laten uitvoeren naar de aanwezigheid en effecten van de invasieve plaagmier op de Waalsdorpervlakte. Deze exotische mierensoort komt oorspronkelijk uit Centraal-Azië. De superkolonie bij de Waalsdorpervlakte is de eerste kolonie plaagmieren die in een natuurgebied in Noordwest-Europa is waargenomen. Bekend is dat de plaagmier in stedelijk gebied schade en overlast kan veroorzaken. In Nederland zijn effecten op de natuur nog niet eerder onderzocht.

Het onderzoek op de Waalsdorpervlakte is in 2024 uitgevoerd door drinkwaterbedrijf en natuurbeheerder Dunea en door Stichting EIS Kenniscentrum Insecten. Uit het onderzoek blijkt dat de plaagmier mogelijke effecten heeft op andere mierensoorten. Ook blijkt de plaagmier te zorgen voor verzakte wegen en overlast in gebouwen. Op basis van deze onderzoeksresultaten en het beperkte handelingsperspectief voor verwijdering van een superkolonie mieren is het belangrijk om verdere verspreiding van de plaagmier via verslepen van grond, bouwmaterialen en groenafval te voorkomen. BuRO adviseert de directeur Natuur van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur daarom om groepen die grond, bouwmaterialen en groenafval verslepen te attenderen op de risico’s van meeliftende mieren.

Superkolonie plaagmier is minimaal 5 voetbalvelden groot op Waalsdorpervlakte

De plaagmier vormt zogenaamde superkolonies: kolonies met meerdere koninginnen en nesten die sociaal met elkaar zijn verbonden. Op de Waalsdorpervlakte bestrijkt de superkolonie een gebied van minimaal 3,4 hectare, te vergelijken met minimaal 5 voetbalvelden. Dit gebied ligt op de rand van stedelijk Den Haag en is onderdeel van het Natura 2000-gebied Meijendel & Berkheide. Het wordt ook gebruikt als waterwingebied.

Onderzoek geeft eerste indicatie van effect plaagmier op Nederlandse natuur

Een superkolonie plaagmieren kan door de grote hoeveelheid werksters invloed hebben op het voedselweb in de natuur. Voorbeelden uit de literatuur zijn een negatief effect op andere mierensoorten, een positief effect op bladluizen en een wisselend effect op bodemdieren. Op de Waalsdorpervlakte werden minder mierensoorten waargenomen als de dichtheid plaagmieren hoger was. De totale hoeveelheid bladluizen verschilde niet binnen en buiten de plaagmierkolonie, maar binnen de kolonie waren meer bladluizen geparasiteerd door bladluiswespen.

Plaagmier zorgt voor verzakte paden en overlast in gebouwen

Op verschillende locaties bij de Waalsdorpervlakte zijn paden verzakt door graafwerk van plaagmieren. Ze waren ook in een kantoorgebouw, waar werknemers geregeld overlast ervoeren van de plaagmieren. De kans op schade aan elektra lijkt laag te zijn, omdat de plaagmier op deze locatie geen voorkeur heeft laten zien voor elektrische apparaten. Op de waterwinvoorziening van het natuurgebied had de plaagmier geen effect, omdat de mieren de bodem minimaal omwoelden en de nesten niet dieper dan 40 cm waren.

Besmetting mogelijk door verplaatsen bodem, tuinafval of bestrating

De precieze bron van de besmetting is niet achterhaald. Het is aannemelijk dat plaagmieren het gebied zijn binnengekomen via de bodem, tuinafval of bestrating vanuit andere besmette gebieden in de stedelijke omgeving. Het is zaak verdere verspreiding tegen te gaan door zorgvuldig te handelen met grond, bouwmaterialen en groenafval.