Spring naar inhoud

In bossen, bermen en zelfs je achtertuin kom je ze tegen: planten en dieren die je het buitenleven in Drenthe soms behoorlijk lastig kunnen maken. Van de eikenprocessierups tot de berenklauw ze jeuken, steken, branden of laten rode vlekken achter. Boswachters merken het in het veld: meer meldingen, langere actieve seizoenen en vaker klachten van bezoekers. "Maar vaak zijn deze soorten niet de oorzaak van het probleem, maar juist een signaal dat het ergens anders misgaat," zegt Lysander van Oossanen van Staatsbosbeheer. Hoe herken je ze, en nog belangrijker: wat kun je doen om de overlast te beperken?

De reuzenberenklauw: pas op bij zonnig weer

De reuzenberenklauw is een indrukwekkende verschijning, maar je loopt er beter met een grote boog omheen. Deze exotische plant met schermbloemen tot wel twee meter hoog komt in Drenthe veel voor langs fietspaden, sloten en op braakliggende grond. Boswachters van Staatsbosbeheer dragen handschoenen en vermijden zonnige dagen als ze de plant moeten maaien of verwijderen, omdat zonlicht het effect van het irriterende sap verergert. Het sap van de plant is namelijk gevaarlijk: zodra het in aanraking komt met de huid en daarna zonlicht krijgt, kan dat ernstige blaren en brandwonden veroorzaken. Wie in de buurt werkt of wandelt, doet er goed aan lange kleding te dragen en direct te spoelen met water als er contact is geweest.

Eikenprocessierups: jeukrups van de zomer

Zodra de temperatuur stijgt, verschijnen ze weer massaal in de eikenbomen: de eikenprocessierupsen. Ze bewegen zich 's nachts in lange rijen over de bast op zoek naar jonge blaadjes. Het zijn echter niet de rupsen zelf, maar hun brandharen die voor problemen zorgen. Die haren kunnen ernstige jeuk, huiduitslag en ademhalingsklachten veroorzaken.

Volgens boswachter Van Oossanen is de overlast de laatste jaren toegenomen, mede door het warmere klimaat. "De rups kent een langere actieve periode en vormt een flinke werkdruk in het meldingsseizoen." Staatsbosbeheer grijpt gericht in op risicoplekken, bijvoorbeeld langs wandelroutes. Tijdens het maaiseizoen vermijden boswachters bewust bepaalde routes om nesten niet te verstoren.

Wie zelf in aanraking komt met de brandharen, kan het beste meteen de huid afspoelen met lauw water en kleding heet wassen. Niet krabben helpt om de klachten binnen de perken te houden.

In De Wieden en De Weerribben begint vandaag de strijd tegen exotische waterplanten.

In De Wieden en De Weerribben begint vandaag de strijd tegen exotische waterplanten.
© Nationaal Park Weerribben-Wieden

In de Natura 2000-gebieden De Wieden en De Weerribben start vandaag een grote campagne om invasieve exotische waterplanten te bestrijden. Het gaat om planten die hier van nature niet thuishoren, maar wel snel woekeren en daarmee inheemse planten en dieren verdringen. "Mensen die hun vijver- of aquariumplanten lozen in slootjes, kunnen onbedoeld grote ecologische problemen veroorzaken."

Tijdens een uitgebreide inventarisatie tussen 2019 en 2021 werden exotische waterplanten gevonden die door de mens in Nederland terecht zijn gekomen. De planten verspreiden zich sindsdien razendsnel door natuurgebieden. In andere gebieden, zoals de Reeuwijkse Plassen tussen Bodegraven en Gouda, leidde dat al tot ernstige gevolgen. Ben van Dinther, ecoloog van de provincie Overijssel maakt zich daarom zorgen: "Daar is de Amerikaanse waterwaaier zo ontzettend gaan groeien, dat eigenlijk alleen die plant er nog staat. En de rest is gewoon weg. Die plant hebben we hier in Overijssel nu dus ook."

Ongestoord verspreiden

Wat begint als een onschuldige vijverplant in de achtertuin of een simpel plantje voor in het aquarium, eindigt als een bedreiging voor het ecosysteem. Veel mensen lozen ongewenste planten of vissen in de natuur, zonder zich te realiseren dat deze planten geen vijanden hebben. Het gevolg is dat ze zich ongestoord kunnen verspreiden en andere waterplanten verdringen, zoals kranswieren, krabbenscheren en fonteinkruiden. "Je gaat natuurlijk niet bewust planten overzetten, dat geloof ik niet. Maar mensen doen dat wel met dieren en dan kunnen die planten meeliften", legt Van Dinther uit. "Het is natuurlijk ook niet de bedoeling dat je siervissen, die niet in de Nederlandse natuur thuishoren, in oppervlaktewater gaat zetten. Dat is eigenlijk hetzelfde probleem."

Europese subsidie

Het is geen eenvoudige klus om deze opmars van exotische waterplanten een halt toe te roepen. Provincie Overijssel, Waterschap Drents Overijsselse Delta, gemeente Steenwijkerland, Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer bundelden het afgelopen jaar hun krachten om dit omvangrijke natuurherstelproject mogelijk te maken. Ook wordt het project deels gefinancierd met Europese subsidie.

Waterplanten worden normaal gesproken gemaaid met een maaiboot. Maar bij deze exotische waterplanten voldoet die oplossing niet. En dus wordt een harkboot ingezet. "Deze speciale harkboten hebben een soort van grote schoffel die in de bodem gaat en de planten lostrilt. De planten komen los, drijven naar het wateroppervlak en worden vervolgens uit het water geschept. Bij het gebruik van een maaiboot is het mogelijk voor de waterplanten om uit te stoelen. Maar dat willen we bij deze exotische planten niet laten gebeuren", vertelt Van Dinther.

Flinke klus

Om er zeker van te zijn dat de waterplanten ook daadwerkelijk weg blijven, zullen er twee machinale harkrondes per jaar zijn, aldus Van Dinther. "We harken nu en straks in september of oktober nog een keer. En daarna hebben we nog drie ronden van mensen die met de hand de laatste plukken eruit gaan halen. Het is een flinke klus, die vijf jaar lang moet worden voortgezet. En dan hopen we dat we het zover kunnen terugdringen dat het zo goed als weg is."