Spring naar inhoud

De Franse vaarwegbeheerder Voies Navigables de France (VNF) heeft het budget voor de bestrijding van invasieve planten dit jaar verhoogd naar vijf miljoen euro. Dat is een verdubbeling ten opzichte van het voorgaande jaar. Dat laat VNF weten in  reactie op de klacht van Nederlandse spitsenschippers dat waterplanten de vaart op de kanalen bijna onmogelijk maken.

‘Het is waar dat de weersomstandigheden dit jaar de groei van de heterofiele waterpest lijken te bevorderen’, zegt directeur Arnaud Petitot van de VNF-regio Noordoost. ‘Ondanks regelmatige maaiacties en het opruimen door onze teams, zijn sommige trajecten moeizamer dan andere. Elke keer dat een schip in zo’n situatie terecht kwam, hebben onze teams onmiddellijk ingegrepen en de situatie hersteld.’

Spitsenschippers sloegen vorige week in Schuttevar alarm over de slechte staat van de Franse kanalen en dan met name het Canal entre Champagne et Bourgogne. Daar komt de vaarsnelheid soms niet boven de kilometer per uur, omdat de schepen zich een weg moeten banen door waterplanten. En daarbij fungeren de spitsen zelf als maaiboten, waardoor andere schepen weer last hebben van de losgekomen planten die op het wateroppervlak drijven. ‘Na een maaicampagne of de passage van vrachtschepen is het gebruikelijk dat plantendelen van de invasieve soorten zich ophopen in de waterinlaten en tussen de sluisdeuren. Daarom treden onze teams voortdurend op om de groei van planten te beperken en toezicht te houden op de goede werking van de kunstwerken.’

Situatie verbetert

Petitot is het niet met de schippers eens dat de situatie verslechtert. ‘De combinatie van bestrijdingsmethoden en gecoördineerde acties op het Canal entre Champagne et Bourgogne gedurende meerdere jaren, heeft juist tot verbetering geleid in bepaalde sectoren. ‘Daarnaast zijn de middelen die VNF inzet voor de bestrijding van invasieve planten verdubbeld. Er is vijf miljoen euro voor uitgetrokken tegen 2,45 miljoen in 2023. Met dat geld worden niet alleen de zomerse maaicampagnes gefinancierd maar ook preventieve acties tijdens de herfst- en winterperiode.’

Seine Nord

Petitot ontkracht ook de verdenking van de schippers dat VNF financiële prioriteit geeft aan de aanleg van het Canal Seine-Nord. ‘Dat project wordt beheerd door de Société du Canal Seine-Nord Europe. VNF is geen uitvoerder of financier van dit project.’

Voor wie dacht in de zomer hooikoortsvrij te zijn, gooit deze ‘hooikoortsplant’ roet in het eten. Een invasieve exoot, de alsemambrosia, verlengt het hooikoortsseizoen met twee maanden. ‘Hij is nutteloos, vervelend en lelijk. Je bent deze plant echt liever kwijt dan rijk.’ Bij onze noorderburen is de opmars van de alsemambrosia al sinds vorig jaar aan de gang. Verschillende Nederlandse onderzoeksinstituten roepen tuinbezitters dan ook op om groeiplaatsen van de plant te melden. De ambrosia is intussen ook overgewaaid naar Vlaanderen en dat is geen goed nieuws voor hooikoortspatiënten. De exoot laat namelijk heel veel allergene pollen vrij die hooikoortsklachten kunnen veroorzaken. Zijn bloeiperiode start in augustus en kan duren tot oktober. En laat dat nu net de periode zijn die normaal hooikoortsvrij is, aangezien het graspollenseizoen stopt in juli. Let wel, de ambrosia is niet zo wijdverspreid als gras, waardoor niet iedereen last zal hebben van zijn pollen.

De alsemambrosia is een onkruidplant afkomstig uit Noord-Amerika. Hij werd geïntroduceerd in Europa via vogelvoermengsels waarin de zaden van de plant gebruikt werden. Vandaag is het niet meer toegestaan om zijn zaden toe te voegen aan vogelvoer. Maar de verspreiding van de hooikoortsplant is onomkeerbaar. Dat bevestigt ecoloog Jonas Lembrechts van de Universiteit Antwerpen. “Het is een klassieke invasieve plant, daarmee bedoel ik dat hij echt alle eigenschappen heeft om zich makkelijk te verspreiden. Hij volgt de mens overal, de zaden reizen zelfs mee aan de zolen van onze schoenen. Bovendien kan hij goed tegen menselijke verstoring.”

De kans dat je een Ambriosa in je tuin spot, is relatief groot, want daar nestelt hij zich het liefst. Hij ziet eruit als onkruid, met het verschil dat deze soort tot één meter lang kan worden. Je kan hem ook herkennen aan zijn diep ingesneden blaadjes. “In het Waalse Gewest wordt de verspreiding van ambrosia gemonitord en worden de meest gunstige gebieden voor vestiging geïdentificeerd, maar dit gebeurt niet in Brussel en Vlaanderen”, vertelt Astha Tiwari, verbonden aan Sciensano.

Uit cijfers van de onderzoeksgroep Planten en ecosystemen van de Universiteit Antwerpen blijkt nochtans dat de soort al veel verder verspreid is in Vlaanderen dan in Wallonië. Volgens Lembrechts is dat deels te wijten aan toeval en is het een kwestie van tijd vooraleer Wallonië de andere gewesten inhaalt. “Een andere verklaring is dat de ambrosia een cultuurvolger is (een organisme dat bij zijn verspreiding gebruikmaakt van de mogelijkheden die de mens het biedt, red.) en in Wallonië zien we iets minder verstoring van het landschap.” Toch werd er in Wallonië al in 2019 een werkgroep opgericht om de ambrosia te bestrijden. In Vlaanderen wordt niet gezegd wat met de plant gedaan moet worden. Maar volgens Lembrechts kan je hem best zo snel mogelijk verwijderen. “Hij is nutteloos, vervelend en lelijk. Je bent deze plant echt liever kwijt dan rijk.”