BRON: OMROEP ZEELAND / 26 FEBRUARI 2025 / ANKE TANIHATU
Een omgewoelde bodem, troebel water en gaten in rivierwanden. De Amerikaanse rivierkreeft is een ramp voor de natuur en amper te bestrijden. Het diertje is ook in Zeeland een probleem, maar er is hoop. Een experiment in Flevoland om het kreeftje terug te dringen, is volgens waterschap Zuiderzeeland nu al een succes. In een woonwijk aan het water in Dronten zijn verschillende zogeheten Craybars geïnstalleerd om de rivierkreeftjes af te vangen. Een systeem dat voor Zeeland ook de oplossing tegen de overlast van de exoten zou kunnen zijn.
Korreltjes voer
Uit de verschillende kreeftenvallen in Dronten haalt ecoloog Joost Bergsma regelmatig emmers vol rivierkreeftjes naar boven. Hij is een van de ontwikkelaars van de Craybar en legt uit hoe het werkt. "De rivierkreeften worden met wat korreltjes voer gevangen in een val op de bodem, daar kruipen ze in, ze gaan vervolgens op zoek naar een uitgang. Via een buis die is aangesloten op een ondiepe waterbak komen ze aan de oppervlakte waar ze kunnen worden afgevangen."
De ondiepe bak op het water is meteen een voederbak voor reigers en andere vogels die wel een rivierkreeftje lusten. Sommige kreeftjes krijgen in het kader van het onderzoek een kleurmarkering en worden teruggezet om de aantallen in de gaten te houden. Martijn Hokken van waterschap Zuiderzeeland vindt de methode met de Craybar een aanrader voor andere waterschappen. "Het scheelt menstijd, het scheelt geld en de vogels helpen mee om de kreeften te vangen. Ik zou het absoluut aanraden." De Amerikaanse rivierkreeft is een exoot die hier door de mens terecht is gekomen en hier dus niet thuishoort. En hij veroorzaakt steeds meer problemen. Op zoek naar voedsel woelt hij de bodem om, maakt het water troebel en daardoor kunnen planten niet goed groeien. Sommige kreeften graven holen waardoor de oevers instabiel worden of afkalven. Ze eten ook andere waterdieren op die hier wél thuis horen.
Meer kreeften en algen
"Als we niks doen stevenen we af op een totale verarming van de biodiversiteit", meent Hokken. "De basisvoorwaarden moeten op orde zijn, dus minder meststoffen in het water en in de bodem en er moet voldoende habitat zijn voor de dieren. Als we niks doen, krijgen we steeds meer rivierkreeftjes en blauwalg en kunnen onderwaterinsecten zoals libellen niet meer leven." Waterschap Zuiderzeeland werkt nauw samen met de gemeenten en de sportvisserij in hun strijd voor een beter ecosysteem. "De gemeente heeft ook een verantwoordelijkheid hier en ook de hengelsportvereniging wil geen blauwalg en wél een gezonde visstand. Je doet het met elkaar, dan heb je ook financieel een groter draagvlak."
Ook in Zeeland problemen
Ook in Zeeland zijn problemen met rivierkreeften. Bij werkzaamheden aan een kapotte dijk in de Damse Vaart in Sluis kwamen de boosdoeners te voorschijn: zo'n honderd rivierkreeften. "Rivierkreeften graven graag gangen en holletjes in waterbodems en oevers, in dit geval dijken. Dus met andere woorden: we denken dat we de boosdoener te pakken hebben", zei provinciebestuurder Harry van der Maas na de ontdekking. Waterschap Scheldestromen heeft nog geen beslissingen genomen over de manier waarop het de Amerikaanse rivierkreeft te lijf gaat in de toekomst. Het waterschap volgt met veel belangstelling collega-waterbeheerders die op dit gebied experimenteren, zoals met de Craybar: "We volgen de resultaten van de proef en kijken of dit ook toepasbaar is in de Zeeuwse situatie."